Het pauselijk hof in Rome is in de zestiende eeuw, in de nadagen van de Renaissance, het brandpunt van het wereldgebeuren. Het hof wordt gedomineerd door de in scharlaken gestoken hogere geestelijkheid, en grote persoonlijkheden die betrokken zijn bij politieke en maatschappelijke ontwikkelingen verzamelen zich in het Vaticaan. In een van de zalen treffen we Giovanni Borgia aan, een jonge mysterieuze Italiaan die zoek is naar het geheim rond zijn geboorte. Hij is een bastaard uit een berucht geslacht, maar is dat de familie Borgia of Farnese?
In de roman De scharlaken stad laat Hella S. Haasse de zestiende eeuw tot leven komen. Door verschillende ogen gezien ontrafelt zich de speurtocht naar het geheim van Giovanni Borgia’s afkomst. Het is een zeldzaam authentiek beeld van die tijd, van de wereld van Michelangelo, Machiavelli en Aretino.
Een citaat uit De scharlaken stad;
Toen, zeventien jaar geleden, was ik bijna voortdurend samen met Pio’s jonge zoons. Wij jaagden in de moerassen op vogels, deden werp- en kaatsspelen in de hof of zaten met de vrouwen en meisjes van het gezin in een galerij die aan de tuinen grensde te musiceren. Vaak kwamen er vrienden en verwanten van Pio te gast, met groot gevolg, paarden en honden. Er werd over niets anders gesproken dan over de krijgsverrichtingen van de paus (Julius was dat toen), die bezig was de kerkelijke staat uit te breiden ten koste van de kleine vorstendommen. Gedurende mijn verblijf op Carpi viel Perugia. Dat ik bij deze gesprekken tegenwoordig mocht zijn, beschouwde ik als een teken van mondigheid. Ik luisterde dus opmerkzaam, aapte de volwassenen na, al begreep ik niet de helft van wat er gezegd werd.
Op een middag kwam Baldassare Bonfiglio mij halen uit de stallen, waar ik met Pio’s zoons toekeek bij het beslaan van een paard. Ik kreeg mijn beste kleren aan, werd met reukwater besprenkeld en daarna begeleid naar de vertrekken van de vrouw des huizes. Madonna Emilia opende zelf de deur.
‘Hier is hij, vostra Signora,’ zei ze, half omgewend naar iemand die in de diepte van de kamer op de rand van een staatsiebed zat. Ik werd naar voren geduwd zodat ik struikelde en op mijn knieën viel. De vreemde boog zich voorover om mij bij het opstaan te helpen. Haar handschoenen roken naar jasmijn. Zij hield mijn polsen vast in een liefkozende greep en lachte zacht. Een sluier bedekte haar gezicht tot aan de kin. Ik zag vaag haar ogen blinken achter de dunne stof, meer kon ik niet onderscheiden. Zij trok mij naar zich toe met een snelle, heftige beweging. Haar geur bedwelmde mij, ik voelde haar lippen bewegen vlak onder mijn oor.’Juan de Borja? Giovanni, Gianni, Giannino?’
De scharlaken stad
Hella S. Haasse
ISBN13 9789021450759
332 pagina’s
Querido
juni 2014
stef7sa zegt
Prachtig boek, ook om het mooi geformuleerde Nederlands!