Die dag lazen zij niet verder. De onmogelijke liefdesgeschiedenis van Paolo en Francesca
De Italiaanse dichter Dante Alighieri wijdde een van de mooiste canto’s in zijn Divina Commedia (Inferno, Canto V) aan de liefdesgeschiedenis van Paolo Malatesta en Francesca di Rimini. In het vijfde canto van De Hel, Inferno, betreden Dante en Vergilius de tweede cirkel van de Hel waar zich de wellustigen bevinden, die hun lusten niet konden bedwingen en voor hun zonde van overspel geen vergiffenis hebben gevraagd.
In de hellecirkel woedt een eeuwige storm die symbool staat voor de hartstocht waaraan de zielen leden tijdens hun leven op aarde. Hier ontmoeten de twee dichters een aantal zondaars die in de geschiedenis bekend staan om hun overspel.; keizerin Semiramis, Dido, Helena van Troje en Achilles en het middeleeuwse liefdespaar Tristan en Isolde. Dante laat zijn oog vallen op twee schimmen die tezamen liefdevol rondvliegen in de storm en vraagt aan hen, Francesca en Paolo, hun verhaal te vertellen.

La bufera infernal, che mai non resta,
mena li spirti con la sua rapina;
voltando e percotendo li molesta.
De helse orkaan, die nooit tot rust komt,
sleurt de geesten daar met zich mee
en beult hen af in tomeloze wervelingen.
(vertaling Frans van Dooren. Hel canto V, 31-33)
In het jaar 1275 wordt de mooie Francesca uitgehuwelijkt aan Gianciotto Malatesta. Zij was echter in de illusie dat zij zou gaan trouwen met zijn jongere, en veel knappere, broer Paolo. Zij worden smoorverliefd op elkaar, maar zijn verplicht beiden met een ander in het huwelijk te treden. Jaren later geven zij tijdens het lezen van het verhaal van Gallehaut toch toe aan hun liefde; zij lazen over de romantische geschiedenis van Lancelot, de ridder van de Ronde Tafel, die verliefd werd op Guinevere of Guinevra, de vrouw van koning Arthur.
Op een dag lazen we voor ons plezier over Lancelot en de liefde die hem in het nauw dreef: we waren alleen en koesterden geen enkele argwaan. Meermalen gebeurde het tijdens het lezen dat onze ogen elkaar ontmoetten en wij verbleekten. Maar één punt was het ten slotte dat ons overwon. Toen wij lazen hoe die grote minnaar Ginevra’s blijde gezicht vol vurige begeerte kuste, drukte deze, die nooit van mij gescheiden zal worden, zijn lippen op mijn mond terwijl hij beefde over heel zijn lichaam. Het boek en degene die het schreef brachten ons tot elkaar: die dag lazen wij niet verder. (vertaling Frans van Dooren)

Wanneer zij lezen over de kus die Lancelot geeft aan Arthurs vrouw Guinevra, kussen zij ook elkaar en op dit moment worden zij betrapt door Francesca’s echtgenoot. Hij steekt beiden geliefden dood met zijn zwaard, ‘die dag lazen zij niet verder’. Omdat ze hun zonden niet meer konden opbiechten belanden Paolo en Francesca in de hel, waar de twee geliefden gedoemd zijn voor eeuwig samen te blijven in de continue wervelwind.
Paolo en Francesca zijn twee van de meest beroemde geliefden in de geschiedenis van de literatuur en hun hartstochtelijke en tragische liefdesgeschiedenis is ook in de kunstgeschiedenis onsterfelijk gemaakt. Want nu weten wij precies welk prachtig liefdesverhaal de Kus van Rodin ons vertelt.
stef7sa zegt
Één van de mooiste zinnen uit de wereldliteratuur: “Die dag lazen wij niet verder …”
Lotje zegt
Mooi verhaal. Kende ik nog niet! Kwam nooit verder dan canto 3 van de Hel. Je moet dat boek echt lezen met een encyclopedie of een docent erbij. Wist je trouwens dat Roberto Benigni ook voordrachten van La Divina Commedia heeft gedaan in Florence. Ik heb de dvd van canto 1 t/m 3. Hij doet dat wel heel leuk!
Aniek Rooderkerken zegt
Ja ik was een keer in Florence tijdens de voordrachten, maar ik kon helaas geen kaarten krijgen