Rome in de voetsporen van Bernini
Gianlorenzo Bernini heeft als kunstenaar en architect een onmetelijke bijdrage geleverd aan de stad Rome. Of je het nu hebt over kerken, beeldhouwwerken, fonteinen of schilderijen, Bernini’s meesterwerken zijn overal in de stad te vinden en domineerden de zeventiende-eeuwse Romeinse kunstwereld. Nadat ik aan de universiteit een cursus gevolgd had over “De Romeinse Barok” waarbij Bernini’s meesterwerken vaak aan bod kwamen, ben ik dan ook afgereisd naar Rome om de stad te bekijken door de ogen van Bernini. De mooiste indrukken die ik heb opgedaan wil ik graag met jullie delen, en de meest indrukwekkende werken van Bernini heb ik verwerkt in een prachtige stadswandeling; Rome in de voetsporen van Bernini.
De Villa Borghese
Ik verbleef nabij het park van de Villa Borghese, dat bekend staat om zijn landschappelijk aangelegde tuinen én het prachtige museum in de villa zelf. Een goed punt om mijn Bernini-reis te starten, want het park en de villa werden aangelegd door Scipione Borghese, neef van Paus Paulus V en de belangrijkste opdrachtgever van Bernini. Gianlorenzo Bernini (1598-1605) was afkomstig uit Napels, maar verhuisde op jonge leeftijd samen met zijn familie naar Rome. Dankzij zijn vader, ook een begenadigd kunstenaar, kwam de jonge Bernini in contact met kunstenaars en opdrachtgevers, en al op jonge leeftijd vervaardigde hij zijn eerste beeldhouwwerken voor Scipione Borghese. Deze moeten indruk gemaakt hebben op Scipione, want hij gaf Bernini direct opdracht tot het maken van vier levensgrote beeldengroepen; de Aeneas, Anchises en Ascanius, de Pluto en Proserpina, de Apollo en Daphne en de David. De beeldhouwwerken zijn vol leven, beweging en emotie, en de personen lijken vaak ‘gevangen’ in een beweging. Kijk bijvoorbeeld eens naar Daphne, die bij de aanraking van Apollo in een laurierboom verandert. Daphne’s haar is nog in beweging, maar haar vingers en haren veranderen al in twijgen en om haar benen vormt zich al schors.
Santa Maria della Vittoria
Ik verlaat het park van de Villa Borghese en loop de stad in richting de Via XX Settembre. In deze straat vind ik de Santa Maria della Vittoria. De laatste kapel aan de linkerkant is de zogenaamde Cappella Cornaro, die geheel gewijd is aan de Spaanse Theresia van Ávila. Een engel verscheen aan haar en doorboorde haar hart met een gouden pijl, symbool voor de liefde van God. Bernini legde dit moment vast in een van zijn beroemdste beeldhouwwerken, De Extase van de Heilige Theresa. De engel heeft zijn pijl teruggetrokken en kijkt neer op de liggende Theresa, die haar rug gekromd heeft en haar mond in extase geopend. De erotische ondertoon van het werk heeft al vaker de discussie opgeroepen of het werk niet meer een aardse, dan een goddelijke extase verbeeldt…..
Fontana del Tritone en het Palazzo Barberini
Op korte afstand van de kerk ligt het Piazza Barberini. Op dit plein valt direct de Fontana del Tritone in het oog, de fontein die in 1642-43 is vervaardigd door Bernini, in opdracht van Paus Urbanus VIII. Triton, een god uit de Griekse mythologie, zit op een enorme schelp en blaast op een tritonshoorn (een trompetschelp) waar een waterstraal uitkomt. Opvallend is dat de fontein niet is opgebouwd uit architectonische elementen, maar dat de schelp waar Triton op zit omhoog gehouden wordt door vier dolfijnen. Ik loop een klein stukje verder naar het Palazzo Barberini. Aan dit paleis hebben verschillende bekende architecten gewerkt; allereerst Carlo Maderno, die werd geassisteerd door zijn neef Francesco Borromini. Toen Maderno plots stierf in 1629 gaf men echter de jonge Bernini de opdracht het paleis verder te bouwen, hoewel Bernini eigenlijk bekender was als beeldhouwer dan als architect.
Sant’Andrea al Quirinale
Nabij bevindt zich het enige werk van Bernini dat hijzelf als volmaakt beschouwde; de Sant’Andrea al Quirinale. Er wordt zelfs gezegd dat op late leeftijd, Bernini vaak een bezoek bracht aan de kerk om er te genieten van de rust. Velen beschouwen de kerk van het Jezuïetenseminarie als een van de beste voorbeelden van Romeinse barok en als een hoogtepunt in Bernini’s oeuvre. Ondanks de beperkte ruimte waarmee Bernini geconfronteerd werd, de kerk is ontzettend klein als je hem vergelijkt met de basilieken elders in de stad, heeft Bernini de kleine kerk een gevoel van grandeur gegeven. De kerk is ovaal, met de ingang en het hoogaltaar op de korte as van de ellips, en het interieur is weelderig versierd met polychroom marmer, stucwerk en vergulde details. Geen wonder dat paus Alexander VII vaak de kerk bezocht wanneer hij in zijn residentie in het Palazzo del Quirinale verbleef, en de kerk nu zeer populair is voor huwelijksvoltrekkingen.
Santa Maria Sopra Minerva
Vlakbij het Pantheon bevindt zich een werk van Bernini dat liefkozend ‘il Pulcino della Minerva’, ofwel ‘het kuikentje van Minerva’ wordt genoemd. De Romeinen gebruiken deze bijnaam voor het kleine stenen olifantje op het Piazza della Minerva, waarop een antieke Egyptische obelisk rust. Gianlorenzo Bernini verkreeg van Paus Alexander VII de opdracht een basis te ontwerpen voor de obelisk en uit de vele ontwerpen die hij maakte werd de olifant gekozen, als een symbolische voorstelling van kracht, wijsheid en vroomheid.
Piazza Navona
Bernini’s ‘kuikentje’ is niet het enige werk dat is verfraaid met een obelisk, zo ook zijn ‘Vierstromenfontein’ op het Piazza Navona. Oorspronkelijk kreeg Borromini de opdracht van paus Innocentius X, maar Bernini wilde zo graag dit monument vervaardigen, dat hij ervoor zorgde dat de schoonzus van Innocentius X een zilveren model van de fontein kreeg die ze vervolgens enthousiast aan de paus toonde. De paus was onder de indruk en gaf direct Bernini opdracht de fontein af te maken. De fontein dankt zijn naam aan de vier bronnen die aan de voet van de fontein ontspringen; de Ganges, de Donau, de Nijl en de Rio de la Plata, allen verbeeld door riviergoden. De god die de Rio de la Plata verbeeldt, lijkt weg te duiken omdat hij bang is dat de gevel van de Sant’Agnese in Agone op hem valt, die vlakbij de fontein staat. Het verhaal gaat de ronde dat Bernini dit gedaan heeft omdat die kerk door zijn grote rivaal Borromini is gebouwd. De fontein is echter enkele jaren eerder gebouwd dan de kerk, dus het verhaal is een mythe, maar feit blijft dat Bernini en Borromini geen goede vrienden waren…
Ponte Sant’Angelo en de Sint – Pietersbasiliek
Via de Engelenbrug loop ik naar Het Vaticaan. Paus Clemens IX gaf Bernini de opdracht de tien engelen te vervaardigen die de Engelenbrug bevolken. Toen Bernini de eerste twee engelen had vervaardigd vond de paus deze echter zo mooi dat hij ze zelf hield, en Bernini gaf zijn leerlingen hierop maar de opdracht de beelden voor de brug te maken.
Ik loop verder naar de Sint Pietersbasiliek. Onder paus Urbanus VIII ontwierp Bernini het baldacchino over het pauselijk altaar in de Sint Pieter. In deze periode overleed Carlo Maderno, de architect van de Sint Pieter, en de paus stelde Bernini aan als zijn opvolger. Bernini construeerde enkele jaren later het Sint-Pietersplein voor de Sint-Pietersbasiliek, in opdracht van paus Alexander VII. Wanneer ik het plein oploop valt mijn oog direct op de zuilenrij die het plein omringt, die door Bernini zelf ooit beschreven is als “de moederlijke armen van de kerk”. In zijn jeugd had Gianlorenzo Bernini grote interesse in het bestuderen van antieke beeldhouwwerken en hij zou iedere dag naar het Vaticaan zijn gegaan, waar hij voornamelijk aangetrokken was tot de Apollo Belvedere en de Laocoön groep. Ik eindig mijn wandelroute dus op de plaats waar het allemaal begon!
De wandelroute is ongeveer 6,4 km.
Deze stadswandeling is geschreven door Italië Uitgelicht voor www.bezienswaardighedenrome.com
Geef een antwoord