Een standaardwerk voor kunstenaars en kunstliefhebbers. Dat was in de renaissance Le vite de’ più eccellenti pittori, scultori e architettori van Giorgio Vasari, De levens van de grootste schilders, beeldhouwers en architecten. Tegenwoordig is het handwerk nog steeds verplichte kost bij de bestudering van de kunst van de renaissance, hoewel er terecht vraagtekens worden geplaatst bij de juistheid van Vasari’s kunstkritiek.
De Levens van Giorgio Vasari
Op het hoogtepunt van de renaissance schreef de schilder, architect en kunsttheoreticus Giorgio Vasari (1511-1574) zijn Levens, het eerste kritische kunsthistorische werk van zijn tijd. Vasari beschouwde de kunst uit zijn tijd als het toppunt van het menselijk kunnen en als het hoogtepunt van een ontwikkeling die begin veertiende eeuw door Giotto was begonnen. Bij Giotto was werd de kunst opnieuw geboren en ontwikkelde zich steeds verder, om in de zestiende eeuw absolute volmaaktheid te bereiken. Het hoogtepunt van deze artistieke evolutie was volgens Vasari het werk van de ‘goddelijke’ Michelangelo.
Vasari beschrijft in zijn boek deze ontwikkeling om de komende generaties kunstenaars te onderwijzen in hoe de kunst deze perfectie had bereikt en te zorgen dat zij in staat waren deze perfectie vast te houden. Dit doet hij met vlotte pen en oog voor detail, aan de hand van een reeks biografieën van de grootste schilders, beeldhouwers en architecten, vanaf het einde van de dertiende eeuw tot en met Vasari’s eigen tijd; Cimabue, Giotto, Brunelleschi, Donatello, Leonardo, Rafael, Michelangelo, Botticelli, Titiaan en vele anderen.
Vasari beschrijft niet enkel de levens en meesterwerken van de kunstenaars, maar ook smeuige anekdotes. Deze verhalen zijn gekleurd door zijn eigen geschiedsopvatting en omdat Vasari met zijn boek een een voorbeeld wilde stellen zijn de verhalen aangepast om dit doel te dienen. Naast de op een voetstuk geplaatste Michelangelo worden de andere kunstenaars soms te min voorgesteld. Het waarheidsgehalte van de verhalen moet je zo nu en dan ook met een korreltje zout nemen, en toeschrijvingen zijn – als dit beter uitkomt voor Vasari’s verhaal- ook niet altijd correct. Maar nu en dan leveren zijn beschrijvingen wel charmante stukjes op. Zo beschrijft hij een anekdote over Giotto;
“Men zegt dat toen Giotto in zijn jonge jaren bij Cimabue in de leer was, hij eens zo natuurgetrouw een vlieg schilderde op de neus van een figuur van Cimabue, dat de meester, toen hij terugkwam om eraan verder te werken, meende dat de vlieg echt was, zodat hij een paar keer probeerde de vlieg weg te jagen, waarna hij zijn vergissing bemerkte.” (citaat p.87)
Vasari komt pas echt op dreef, wanneer hij het werk van Michelangelo beschrijft, en dan vooral de fresco’s op het plafond van de Sixtijnse Kapel die Michelangelo in opdracht van paus Julius II tussen 1508 tot 1512 heeft gerealiseerd.
“Dit werk was en is voorwaar het lichtbaken waar onze kunst zich op richt: het is de schilderkunst van zo groot nut geweest, het heeft haar zoveel licht gebracht, dat het op zichzelf genoeg was om de wereld, die vele honderden jaren lang in duisternis had gelegen, te verlichten. Inderdaad hoeft geen enkele schilder nog op zoek te gaan naar iets nieuws, naar ongekende houdingen, naar ideeën voor de kledij van zijn figuren, naar nieuwe gelaatsuitdrukkingen, naar een keur van manieren om ontzagwekkende zaken te schilderen; immers, alle volmaaktheid die op dit gebied mogelijk is, heeft hij aan dit werk verleend.” (citaat p. 522)
Deze chauvinistische blik op de kunst van de renaissance heeft zo zijn charmes en Vasari’s Vite is een handwerk dat je als liefhebber van de Italiaanse renaissance in je bezit moet hebben. Uitgeverij Olympus heeft een handzame en betaalbare editie uitgegeven, waarin een selectie is gemaakt van 38 kunstenaarsbiografieëen. De complexe en lange zinnen van Vasari zijn door Anthonie Kee toegankelijk vertaald. Enige nadeel is dat de paperback met ruim zeshonderd bladzijden geen afbeeldingen bevat. Wil je de tekst goed begrijpen dan zul je zo nu en dan het internet moeten raadplegen om op zoek te gaan naar afbeeldingen van de meesterwerken. Maar voor Vasari’s tekst is dat het wel waard. Een boek waarin het verleden wordt bewaard.
De levens van de grootste schilders, beeldhouwers en architecten. Deel 1 & 2
Giorgio Vasari
vertaald door Anthonie Kee
ISBN 9789025434342
€ 17,50
Uitgeverij Olympus
Bestel ‘De Levens’ hier bij bol.com
Disclaimer: dit artikel bevat affilite links
Geef een reactie