Via Appia, een boek van Fik Meijer
Ik denk dat er voor alle Italiëliefhebbers vroeg of laat een moment komt dat ze gaan denken: ik zou wel een voetreis willen maken door Italië. Een pelgrimstocht naar Rome, een verkenning van het Etruskische gebied per voet óf een wandeling over de oude Via Appia.

De Via Appia spreekt tot de verbeelding. Prachtige plekken zijn er, al net even buiten het centrum waar je wordt omgeven door groen en je je even in de Romeinse tijd waant, omgeven door graftombes, keien, pijnbomen, de schroeiende zon en de blauwe lucht. Dit boek gaat over die nieuwsgierigheid naar die weg, verkent de weg, vertelt haar verhaal. Begint bij het begin in Rome en loopt door helemaal naar het zuiden naar Brindisi.
Romantiek
In dit boek, prachtig geillustreerd met kleurenfoto’s, kun je je vergapen aan de oudheid. Het is een romantisch verhaal, geillustreerd met gedichten van Lord Byron, die de route verkende en er gedichten over schreef. Zelf ben ik een romanticus, dus ook ik ging op verschillende momenten in mijn leven op zoek naar de Via Appia. Mijn leven is echter helemaal niet zo romantisch als het verhaal over deze weg, en ik ben erg blij dat ik nu het boek kan lezen en mijn fantasie kan laten stimuleren met een boek.
De praktijk
In 2005 zag ik de Via Appia op de kaart en dacht: de Via Appia begint bij de Porta Capena, vandaar kan ik wel lopen naar de tomben van San Sebastiano en Callixto. Dus liep ik naast een verschrikkelijk weggetje (dat inderdaad het begin is van de Via Appia, maar wat tegenwoordig een drukbezochte autoweg is zonder trottoir of voetgangerspad). Het is er gevaarlijk voor voetgangers en het stinkt er naar uitlaatgassen. Zelf zo’n Via Appia lopen is nog helemaal niet zo makkelijk. Ik liep echter toch maar door. Ik vind het bussensysteem in Italie soms erg ingewikkeld en was daardoor wel in de gelegenheid om een foto te maken bij de boog van Drusus. Wel dacht ik bij mezelf: waar ben ik mee bezig?

Heer, waar gaat u heen?
Het pittoreske kerkje Domine Quo Vadis. Meijer vertelt erover in zijn boek. Prachtige bijbelse legende over Petrus die er Jezus ontmoet. Meijer: “De zin werd voor het eerst gebruikt aan het einde van de tweede eeuw in de zogeheten Handelingen van Petrus. De eerste leerling op wie Jezus zijn kerk wilde bouwen was volgens de anonieme auteur vanuit Jeruzalem naar Rome gekomen om een einde te maken aan de toverkunsten van Simon Magus. Petrus’ populariteit groeide, maar enkele vooraanstaande Romeinen haatten hem. Nog voordat keizer Nero actie kon ondernemen besloten zij Petrus te arresteren en te doden. Hun voornaamste drijfveer daarbij was dat hun echtgenotes het geloof van Petrus aanhingen en weigerden het bed met hen te delen. Voordat boze Romeinen Petrus konden vastnemen stuurde een van de vrouwen iemand naar hem toe om hem te waarschuwen.
Eerst wil hij Rome niet verlaten. Hij vindt het ongepast om zich als een deserteur te gedragen en de problemen die op zijn pad kwamen uit de weg te gaan, maar zijn geloofdsgenoten houden hem voor dat hij zijn Heer ook kan blijven dienen als hij Rome verliet. In het diepste geheim gaat Petrus de stad uit.
Op de Via Appia, ter hoogte van waar nu het kerkje Domine Quo Vadis? staat, komt hij Jezus tegen. Dan volgt de beroemde vraag van Petrus: “Heer, waar gaat u heen?” Jezus antwoordt tot tweemaal toe dat hij naar Rome gaat om opnieuw gekruisigd te worden. Petrus keert daarop naar Rome terug om gekruisigd te worden. (p.116)
In dit kerkje kun je nu een kopie zien van de voetsporen van Jezus. Ook daar moest ik natuurlijk een foto van maken.

Catacomben aan het begin van de Via Appia
Ik liep verder naar de tomben van Sebastianus. Ik ben er binnen geweest, maar ik vond het geen pretje. Het is een beetje een Edgar Allen Poe omgeving, zo’n dodenstad. Overigens is het wel interessant om iets meer te weten over die Sebastianus, want overal in de Italiaanse lokale musea zie je schilderijen van hem, doorboord met pijlen. Een christelijke martelaar. De verhalen van martelaren vind ik fascinerend, lees ook eens mijn blog over Sant’Agnese, dan krijg je ook een beeld van die catacomben. In 2011 was ik er weer bij de eerste mijlen van de Via Appia, dit keer met mijn ouders en maakte ik foto’s van het klaprozenveldje.



Bij het zien van rode klaprozen zo vlak bij de begraafplaats van al die christelijke martelaren ga ik neurien: La guerra di Piero van Fabrizio di André. Deze zingt:
Dormi sepolto in un campo di grano
Non è la rosa non è il tulipano
Che ti fan veglia dall’ombra dei fossi
Ma sono mille papaveri rossi
Begraven slaap je in een graanveld
Het zijn niet de roos of de tulp
die bij je waken in de schaduw bij een slootje
maar duidend rode klaprozen
En wordt vervolgd…?
In 2005 woonde ik een maand aan de Via Tuscolana, die parallel loopt aan de Via Appia Nuova. Dagelijks kwam ik langs Cinecittà en een ander archeologisch park rondom een deel van de Via Appia, waarover Meijer in zijn boek zoveel vertelt en waarover ik nu meer weet. Hier hield mijn reis op, maar Meijer gaat verder, helemaal tot aan Brindisi en ik droom alweer over een nieuwe reis, deze keer misschien met mijn man en twee kinderen. En dan gaat dit boek mee in de tas. Meer behoefte aan romantiek en kennis over de Via Appia? Lees dan Fik Meijers nieuwste boek: Via Appia.
Fik Meijer | Via Appia | Athenaeum 2017 | 24,99 euro. Bestel het boek hier.
Elisa zegt
Dit spreekt zeker tot de verbeelding, lijkt me een hele ervaring. Wat is dat klaprozenveldje trouwens leuk om te zien!